Dalen insectenpopulaties ook in Nederland?
Een publicatie over de achteruitgang van insectenpopulaties in Duitsland roept de vraag op of deze trend ook in Nederland zichtbaar is. Voor Nederland is geen totaalbeeld voor alle (vliegende) insecten beschikbaar. Wel zijn er betrouwbare metingen voor dagvlinders. Deze soortgroep is in Nederland afgenomen ten opzichte van begin jaren negentig, maar is de laatste 10 jaar stabiel. De afname heeft een aantal verschillende oorzaken.
Afname insecten in Duitsland
Recent is een wetenschappelijke publicatie verschenen over de afname van vliegende insecten in Duitse natuurgebieden. Het gepubliceerde onderzoek schat in dat de totale biomassa aan vliegende insecten in 63 Duitse terrestrische laagland natuurgebieden sinds 1989 met ruim 75 procent is afgenomen (Hallmann et al. 2017). Een tweede waarneming die de onderzoekers doen is dat met metingen aan weer, landschap en plantensoortenrijkdom deze afname niet kan worden verklaard.
Overeenkomsten en verschillen met Nederland
Een vergelijking met de Nederlandse situatie is lastig, omdat geen betrouwbare metingen voor alle Nederlandse insectengroepen bestaan. De gevoelige groep van dagvlinders is goed onderzocht. Er is geen betrouwbaar beeld voor (vliegende) insecten in Nederland in het algemeen.
De trend van dagvlinders in Nederland vertoont overeenkomst met de gevonden trend in Duitsland in de zin dat beide sinds begin jaren 90 een sterke afname vertonen. Ook is in beide gevallen de afname in de eerste jaren sterker dan in de laatste jaren. Een verschil is dat de Nederlandse vlinderstand de laatste tien jaar stabiel blijft, er gaan zelfs iets meer soorten voor- dan achteruit. Zo’n langjarige stabilisatie zien we niet in de Duitse cijfers.
Over de afname van de Nederlandse dagvlinders is bekend dat deze samenhangt met meerdere factoren, waarbij klimaatverandering, landgebruiksverandering, beheerintensiteit, stikstofdepositie, fragmentatie van natuurgebieden en landbouwintensiteit een rol spelen.
Relatie met beleidsboodschappen
In de laatste (tussen-) Balans van de Leefomgeving concludeert het PBL dat biodiversiteitsdoelen nog niet binnen bereik zijn, maar dat de biodiversiteit in Nederland na een lange tijd van afname enigszins herstelt. Zo neemt de gemiddelde kwaliteit van de Nederlandse landnatuur recent weer iets toe, na een lange periode van daling. Positief is ook dat het sinds 2005 wat beter gaat met bedreigde soorten; de Rode Lijsten worden niet meer langer en de mate van bedreiging is gemiddeld wat afgenomen. Het herstel is echter nog beperkt en niet overal zichtbaar.
Het verloop van de trend in Duitsland, van sterke afname naar afvlakking, is in lijn met hoe de ontwikkeling van biodiversiteit landnatuur zich gemiddeld in Nederland heeft voltrokken. In Nederland echter is, na jarenlange afname, stabilisatie en een voorzichtig herstel te zien.