Eco-innovaties vinden moeizaam markt en middelen
De Nederlandse overheid heeft ambitieuze vergroeningsdoelen. Eco-innovaties kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan vergroening, maar hebben vaak een beperkt marktaandeel of blijven op de plank liggen. Het huidige beleid kan meer doen aan het stimuleren van eco-innovaties. Zo zou er geld kunnen worden geoormerkt specifiek voor eco-innovatie en kan de overheid zorgen voor een sterkere marktvraag door het milieubeleid ambitieuzer te maken. Het centraal stellen van maatschappelijke uitdagingen in het Missie Gedreven Innovatiebeleid is hierbij een goede eerste stap.
Dit concludeert het Planbureau voor de Leefomgeving in het rapport Beleidslessen eco-innovatie. Deze studie analyseert de belemmeringen voor Nederlandse eco-innovaties in verschillende technologievelden. Het beprijzen van milieugebruik is een belangrijke voorwaarde, maar niet voldoende om alle eco-innovaties succesvol maken. Andere voorwaarden voor succes raken aan drie beleidsterreinen: generiek innovatiebeleid, milieubeleid en topsectorenbeleid.
Eco-innovaties zijn milieusparende producten en productieprocessen. Dit kunnen zogeheten ‘incrementele’ verbeteringen zijn, zoals het met bestaande technieken verbeteren van de efficiëntie. Eco-innovaties kunnen ook baanbrekend zijn. Ze verschillen dan in technologisch en/of sociaaleconomisch opzicht sterk van de huidige situatie. Voorbeelden zijn verpakkingsvrije winkels en het gebruik van aardwarmte in kassen. Er is een beperkte vraag naar eco-innovaties en met name de baanbrekende innovaties blijven vaak op de plank liggen.
Innovatiebeleid biedt beperkte financiering voor eco-innovatie
Specifieke financiering gericht op eco-innovaties wordt nauwelijks toegepast in het Nederlandse innovatiebeleid. De overheid kan overwegen beschikbare middelen te oormerken voor eco-innovatie. Als dit niet gebeurt, concurreren eco-innovaties met generieke innovaties. In deze concurrentiestrijd staan eco-innovaties vanaf het begin op achterstand, doordat milieugebruik niet is beprijsd, de terugverdientijd langer is en ervaring met eco-innovaties schaars is.
Ambitieus milieubeleid is cruciaal voor de marktvorming voor eco-innovatie
De vraag naar eco-innovatie is in hoge mate afhankelijk van milieubeleid. Met ambitieus milieubeleid kan de overheid de kwaliteit van de Nederlandse marktvraag verhogen. Voorlopen in implementatie en aanscherpen van milieubeleid creëert customers in pain: afnemers die innovatieve oplossingen nodig hebben om aan de ambitieuze milieuregelgeving te voldoen. Een voorbeeld uit het verleden is de ambitieuze regelgeving van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren, die Nederlandse bedrijven en waterschappen stimuleerde om op grote schaal zuiveringsinstallaties te bouwen. Door ambitieuze milieuregelgeving pakt de markt eco-innovaties sneller op. Door innovatief en groen aan te besteden, kan de overheid bovendien zelf een ambitieuze marktvraag creëren.
Missie-gedreven topsectorenbeleid geeft richting aan marktvorming
In een brief aan de Tweede Kamer geeft Minister Wiebes aan om maatschappelijke uitdagingen – zoals vergroening – het centrale uitgangspunt te maken van het topsectorenbeleid. Als de overheid binnen deze opzet een langetermijnvisie formuleert en koppelt aan ambitieus, stabiel beleid is dat een sterke stimulans voor het succesvol ontwikkelen en uitrollen van eco-innovaties. Een dergelijke verankerde visie creëert urgentie, wat vertrouwen wekt bij bedrijven, investeerders en afnemers.
Dit vraagt wel om het opdelen en behapbaar maken van vergroening, bijvoorbeeld via technologisch afgebakende (bijvoorbeeld door specifieke doelen voor windenergie op zee) of geografisch afgebakende missies (bijvoorbeeld door vergroening te vertalen naar het realiseren van een aantal klimaatneutrale steden). Vanuit de missies komt samenwerking tot stand en kunnen eco-innovaties tot bloei komen, waarvoor nog geen kapitaalkrachtige marktvraag bestaat.