Transparantie bij kwaliteitsdiscussies

Nieuws

Discussie over de kwaliteit van een Alterra-onderzoek over het meten van grondwaterstanden, uitgevoerd in opdracht van het PBL, heeft ertoe geleid dat publicatie ervan ernstig vertraagd is. Onderwerp van de discussie was de onvoldoende onderbouwing van een van de conclusies. De Nationale ombudsman heeft op een klacht van de betrokken onderzoeker geoordeeld dat PBL en Wageningen UR hierbij geen redelijke belangenafweging hebben gemaakt. Het ontbrak aan transparantie over het te volgen proces en de motivatie voor de keuzes daarin, aldus de Ombudsman. Door publicatie lang op te houden is de indruk gewekt van wetenschap op bestelling.

Kwaliteitsborging en transparantie

Het PBL (Planbureau voor de Leefomgeving) constateert dat de Ombudsman met “de indruk is gewekt” een terechte nuance aanbrengt. Er is geen sprake geweest van wetenschap op bestelling. Wel was meer transparantie gewenst. Achteraf gezien was het verstandiger geweest om de discussie over de wetenschappelijke kwaliteit in het openbaar te voeren.

Het PBL is betrokken als opdrachtgever voor alle onderzoek in het kader van de WOt (Wettelijke Onderzoekstaak). Dat wordt uitgezet bij het bureau WOt, onderdeel van Wageningen UR. Dit bureau heeft het onderzoek laten verrichten door het onderzoeksinstituut Alterra, ook onderdeel van Wageningen UR.

In de relatie met WOt/Wageningen UR heeft het PBL tot nu toe als opdrachtgever toegezien op de kwaliteit van het verrichte onderzoek. Een belangrijke les die het PBL uit deze zaak trekt is dat eerder het externe wetenschappelijke debat moet worden gezocht bij problemen met de kwaliteit van verricht onderzoek, inclusief externe reviews. Deze casus is ook aanleiding om de verantwoordelijkheid voor kwaliteit eenduidig te leggen bij het instituut dat het onderzoek verricht. Dit laat uiteraard onverlet dat het PBL steeds mee zal blijven denken om bij opdrachtonderzoek de kwaliteit en beleidsrelevantie van onderzoek te maximeren.

Geen gevolgen voor conclusies over verdroging van natuur

Verdroging is een van de belangrijke oorzaken in de achteruitgang van de natuurkwaliteit. De discussie over de meetmethode van de grondwaterstand heeft echter geen invloed op de conclusies over het percentage van het natuuroppervlak dat verdroogd is. Deze uitspraak van de Nationale ombudsman doet dus niets af aan de bevindingen in de PBL-evaluaties van de toestand van de natuur. Het label ‘verdroging’ van een gebied is namelijk vooral gebaseerd op metingen van plantensoorten en niet op gemeten grondwaterstanden.

De discussie over de meetmethode van de grondwaterstand kan mogelijk wel gevolgen hebben voor de inschatting van de effectiviteit van herstelmaatregelen. Dit is nog onderwerp van studie.