Zonering vooral effectief bij lagere achtergronddepositie

Publicatie

De hoofdconclusies van MNP-beoordelingen over zonering en ammoniak zijn in de loop van de tijd niet substantieel veranderd. Zonering is vooral effectief als eerst de depositie via (internationaal) generiek beleid wordt teruggedrongen. Bovendien zijn de kosten van bedrijfsverplaatsing en –of beëindiging hoog, waardoor de kosten-effectiviteit lager is dan van (nog beschikbare) generieke maatregelen. Dit concludeert het MNP in een brief aan de Tweede Kamer

Aanleiding

Naar aanleiding van de presentatie van de Milieubalans 2005 aan de Vaste Kamercommissie voor Milieu heeft de CDA-fractie in de Tweede Kamer vragen gesteld over de consistentie in MNP-uitspraken over zonering en ammoniak. Het MNP vindt dit een belangrijke vraag: consistentie en samenhang tussen uitspraken in de verschillende MNP-studies zijn wezenlijke elementen van ons werk. Het MNP heeft gereageerd via een brief aan de CDA-fractie in de Tweede Kamer en aan de voorzitters van de Vaste Kamercommissies van LNV en VROM.

Onder zonering verstaan we de beperking van de veehouderij in zones rond voor verzuring gevoelige natuurgebieden, opdat de ammoniakdepositie op die gebieden wordt teruggedrongen.

Hoofdconclusies

De hoofdconclusies van de MNP-beoordelingen zijn in de loop van de tijd niet veranderd; wel hebben in de loop van de tijd nieuwe inzichten, gedetailleerde informatie en modelverbeteringen geleid tot aangepaste formuleringen. Deze formuleringen zijn niet altijd gelijksoortig geweest omdat andere uitgangspunten en/of criteria werden gebruikt. Onze hoofdconclusies over zonering zijn:

  • er is sprake van een hoge achtergronddepositie, deels afkomstig uit het buitenland. Daarom is in het algemeen belangrijk dat eerst via (internationaal) generiek beleid een lagere depositie wordt bereikt voordat gebiedsgericht beleid effectief wordt;
  • elke vorm van zonering, beperking of verplaatsing van emissies draagt bij aan vermindering van ammoniakdepositie. Hoe groter de zones des te groter het effect;
  • zonering helpt in het bijzonder in gebieden met een lagere achtergronddepositie en bij het verwijderen van enclaves van landbouw uit natuurgebieden;
  • de kosten van bedrijfsverplaatsing en –of beëindiging zijn hoog, waardoor de kosteneffectiviteit lager is dan van (nog beschikbare) generieke maatregelen.;

De beoordelingen

Vier factoren zijn van belang als het gaat om de beoordeling van de uitspraken in de verschillende MNP-studies:

  • Effectiviteit of kosteneffectiviteit. De eerste MNP-studies hebben met name de effectiviteit (uitgedrukt als depositiereductie) van maatregelen onderzocht en de recente studie de kosteneffectiviteit (kosten per eenheid van depositiereductie).
  • Samenstelling van het maatregelenpakket. Er is onderscheid nodig tussen onderzoeken waarin is uitgegaan van vergaande maatregelen (verwijdering van alle emissies in een natuurgebied en geen terugplaatsing elders) en onderzoeken met minder vergaande maatregelen (verplaatsing van een deel van de emissies uit kleinere zones of tegengaan van groei van emissies). Deze maatregelen sluiten aan bij de beleidsvoorstellen. Bovendien speelt de schaal een rol (Nederland of provincie, vakken van 5x5 km2, zones van 500 m rond alle natuurgebieden of zones van 250 m rond gevoelige natuurgebieden groter dan 50 ha). Een afname van het maatregelenpakket en een lager schaalniveau betekent ook een afname van het effect ervan.
  • Indicatoren. De beoordeling van (kosten)effectiviteit kan op diverse indicatorniveaus plaatsvinden: reductie van emissies of deposities, overschrijding van kritische depositieniveaus of de omvang van het beschermde natuurareaal.
  • Referentie. In sommige onderzoeken is het effect onderzocht ten opzichte van toekomstige, lagere emissies en dus ook lagere achtergronddepositie, terwijl in andere studies de huidige emissies en depositie als referentie zijn genomen. Naarmate de achtergronddepositie daalt, zal gebiedsgericht beleid effectiever worden.

Kenmerken

Publicatietitel
Zonering vooral effectief bij lagere achtergronddepositie
Publicatiedatum
26 september 2005
Publicatie type
Publicatie
Productnummer
91576