Krimp een nieuwe opgave voor ontwikkelaars

Publicatie

Volgens de regionale huishoudensprognoses van het Centraal Bureau voor de Statistiek en het Ruimtelijk Planbureau (PEARL) krijgt 20 procent van de Nederlandse gemeenten tot 2025 te maken met een dalend aantal huishoudens. Deze gemeenten liggen voornamelijk in Zuid-Limburg, Oost-Groningen, Zeeuws-Vlaanderen, het Gooi en de Eemsdelta.

Ontwikkelaars kunnen op verschillende manieren op krimp reageren. Zij kunnen a) hun bouwplannen handhaven; b) proberen nieuwe woonconcepten in hun bouwplannen te integreren; c) hun bouwplannen inhoudelijk aanpassen aan de veranderde woningvraag of de bouwplannen faseren; en d) besluiten bestaande bouwplannen uit te stellen of af te blazen.

Hoewel het gezien de kleinere woningvraag verstandig is bij krimp de nieuwbouw te matigen, betekent dit niet dat er in krimpgebieden helemaal geen nieuwbouw meer moet plaatsvinden. Om adequaat op de krimp te kunnen anticiperen, is het belangrijk dat ontwikkelaars voldoende flexibiliteit in hun bouwplannen inbouwen. Een krimpend aantal huishoudens stelt woningmarktpartijen voor nieuwe uitdagingen. Ook ontwikkelaars zullen zich moeten herbezinnen op hun strategie. Krimp vraagt van ontwikkelaars een ontkrachting van het vooroordeel dat ze er alleen op uit zijn winst te maken. Een projectontwikkelaar kan in een krimpregio laten zien wat hij waard is, door ook in moeilijker tijden en op moeilijker locaties projecten succesvol te ontwikkelen. Het is slim om daarbij niet individueel te werk te gaan, maar samenwerking met anderen in de regio te zoeken. Met gemeenten en provincies om bij de plannenmakerij te worden betrokken, met corporaties en andere ontwikkelaars om afzetrisico’s te verkleinen.

Auteurs

F. Verwest, N. Sorel, E. Buitelaar

Kenmerken

Publicatietitel
Krimp een nieuwe opgave voor ontwikkelaars
Publicatiedatum
31 Juli 2008
Publicatie type
Publicatie
Tijdschrift
SerVicE Magazine; 15(3) p27-29
Productnummer
92283