Energiebesparing: De onbegrensde mogelijkheden

Samenvatting

Inzetten op energiebesparing betekent dat er een inspanning moet worden geleverd om dezelfde energiefuncties uit te kunnen voeren met minder benodigde energie. Het ontwikkelen van efficiëntere technologieën en praktijken is cruciaal voor energiebesparing. De uitdaging is om nieuwe technologieën te ontwikkelen die energiezuiniger zijn en daardoor minder milieubelastend en tegelijkertijd concurrerend met bestaande technologie. Om significante energiebesparingen te realiseren wordt er veel gevraagd van de innovatieve capaciteit van bedrijven.

Sinds het begin van de jaren negentig zijn er geen complete analyses meer uitgevoerd die het technisch en economisch potentieel van energiebesparing in Nederland in kaart brengen. ICARUS-3 (ontwikkeld door de Universiteit van Utrecht) is het laatste model dat sectorwijd technisch-economische informatie bevat over 400 technologieën in circa 30 bedrijfstakken. Op basis van de beperkte hoeveelheid recente literatuur en deels op basis van schattingen, wordt een overzicht gegeven van het energiebesparingspotentieel in Nederland tot 2020.

Maatregelen besproken in deze paper laten zien dat er in Nederland een groot potentieel voor energiebesparing is. Het totale potentieel komt uit op 600 – 700 PJ. Het is belangrijk er op te wijzen dat dit slechts een globale schatting is. Ondanks dat dit potentieel niet in zijn geheel kosteneffectief en implementeerbaar is, is het hoe dan ook wel voldoende om een versnelling van het energiebesparingstempo tot 2% per jaar te realiseren. Een groot deel van het potentieel kan worden bereikt met bestaande technieken. Cruciaal is de inzet van voldoende krachtige beleidsinstrumenten, zie hiervoor de suggesties in de tabel.

Op de middellange en lange termijn kan er een grote hoeveelheid energie bespaard worden door de inzet van maatregelen die zich richten op technische innovaties. Sectorbreed moeten inspanningen tot innovatie gestimuleerd worden om substantiele besparingsdoelen te kunnen bereiken. Op de lange termijn lijkt voor nieuwe installaties, gebouwen en apparaten een verbetering van de energie-efficiëntie van 5% per jaar mogelijk. Een energiebesparingstempo met deze orde van grootte heeft belangrijke gevolgen voor de energievraag in geïndustrialiseerde landen. Het energie-gebruik kan halveren in een periode van 50 jaar.