Cost of Policy Inaction on Biodiversity

Publicatie

Bij ongewijzigd beleid zullen de doelen voor biodiversiteit in 2010 niet worden gehaald. De kosten van het uitblijven van extra beleid voor biodiversiteit kunnen in de verdere toekomst aanzienlijk zijn. Dat komt doordat waardevolle diensten die ecosystemen leveren zullen afnemen, zoals het vastleggen van koolstof in bossen en het leveren van schoon en voldoende water.Dit is kort samengevat de boodschap van een verkennend onderzoek, uitgevoerd door een aantal onderzoeksinstituten, onder leiding van Leon Braat van Alterra. Het onderzoek is verricht in opdracht van de Europese Commissie, en is gepresenteerd op 29 mei op de 9e Conference of Parties (COP9) van het Biodiversiteitsverdrag in Bonn.

Verlies aan biodiversiteit vertaald in een verlies aan geleverde diensten en producten van ecosystemen

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft aan deze studie bijgedragen door het leveren van een wereldwijd referentiescenario bij ongewijzigd beleid (afkomstig van de OESO), en met berekeningen van biodiversiteit op het land. Daaruit blijkt dat het biodiversiteitsverlies op de wereld de komende decennia gestaag doorgaat, vooral in savannen en steppen en verder in tropische en noordelijke bossen. De in 2050 overblijvende biodiversiteit is met name te vinden in woestijnen, poolgebieden en de noordelijke bossen van Rusland en Canada. De partners in het onderzoek hebben dit verlies aan biodiversiteit vertaald in een verlies aan geleverde diensten en producten van ecosystemen, en wat dat verlies waard zou kunnen zijn. Dit concept is gebaseerd op het gedachtegoed van de Millennium Ecosystem Assessment uit 2005, waarin de focus lag op het nut voor de mens van het behoud van goed ontwikkelde ecosystemen. Het PBL onderschrijft de conclusie dat het almaar doorgaan van biodiversiteitsverlies in de komende tientallen jaren een groot probleem zal zijn.

Figuur: grafiek met de historische en toekomstige ontwikkeling van de wereldwijde biodiversiteit op het land (PBL)

Studie geïnitieerd door de Europese Commissie

De in Bonn gepresenteerde resultaten zijn onderdeel van een serie studies waarmee de Europese Commissie de komende jaren het beleid voor biodiversiteit strategisch wil belichten. Dit voornemen is een reactie op de oproep van de G8 tijdens het Duitse voorzitterschap in Potsdam (voorjaar 2007) tot een 'Stern-achtig rapport over biodiversiteit'. Dit in navolging van de STERN review "The Economics of Climate Change" uit 2006, waarin de kosten van het uitblijven van klimaatbeleid zijn bestudeerd. Deze review heeft sterk bijgedragen aan het wereldwijde gevoel van urgentie om het klimaatprobleem aan te pakken. Het geheel van geplande studies wordt nu aangeduid met: "The Economics of Ecosystems and Biodiversity" (TEEB). De nu in Bonn gepresenteerde resultaten zijn afkomstig uit de eerste van deze studies, namelijk "The Cost of Policy Inaction: The case of not meeting the 2010 biodiversity target".

Wat betekent "Cost of Policy Inaction"?

De manier waarop de Cost of Policy Inaction (COPI) bepaald wordt is iets anders dan het doen van een kosten-baten analyse, waarbij een balans gemaakt wordt tussen winst en verliesposten van verschillende beleidsopties. Het gaat in het huidige onderzoek om het in beeld brengen van de natuurverliezen bij ongewijzigd beleid, en de verloren waarde die daarmee samenhangt. De COPI methode is vooral signalerend bedoeld, om daarmee de urgentie van een probleem aan te geven (een zogenaamde "wake-up call"). Het is geen doel op zich, en het heeft daarom ook geen prioriteit om aan te tonen dat de schade nog veel hoger zou kunnen zijn.

Belangrijkste resultaten van "Cost of Policy Inaction on Biodiversity"

  • De achteruitgang van biodiversiteit is en blijft een groot wereldwijd probleem. De gestelde doelen voor 2010 worden zeer waarschijnlijk niet gehaald. De snelheid waarmee de biodiversiteit op land verloren gaat is vergelijkbaar met die in de vorige eeuw. Als het om één aaneengesloten gebied zou zijn, dan is het verlies tot 2050 vergelijkbaar met het verlies van alle biodiversiteit op een oppervlakte van 1,3 keer de Verenigde Staten.
  • Het verlies aan goederen en diensten dat samenhangt met dit verlies aan biodiversiteit kan aanzienlijk zijn. Het gaat hierbij om diensten als het opslaan van koolstof in bossen en moerassen, het leveren van voldoende en schoon zoetwater, en het beiden van mogelijkheden voor recreatie en toerisme. Een zeer grove schatting komt uit op enkele procenten (7%) van het bruto wereldproduct in 2050.

De volgende stappen zijn nodig

Bij een vervolgonderzoek is het nuttig om te analyseren wat de samenleving er voor over heeft om het verlies aan goederen en diensten te voorkomen. Bovendien zijn de lusten en lasten van biodiversiteitsverlies ongelijk over de wereldbevolking verspreid. Een goed beeld is daarom nodig van welke groepen en sectoren, wereldwijd, de lasten en risico's van biodiversiteitsverlies concreet dragen, en wie ervan profiteren. Er zijn beleidsvoorstellen nodig die het biodiversiteitsverlies effectief stoppen, waarbij rekening is gehouden met de prikkels en verleidingen die tot biodiversiteitsverlies hebben geleid. Het concreet benoemen van de beleidsportefeuilles waarin sprake is van 'Inaction' is een opgave voor de Europese Commissie.

Gerelateerd werk van het PBL

Voor de bijdrage van het Planbureau voor de Leefomgeving is gebruik gemaakt van eerder werk, namelijk:

Relevante links

Kenmerken

Publicatietitel
Cost of Policy Inaction on Biodiversity
Publicatiedatum
29 mei 2008
Publicatie type
Publicatie
Productnummer
92263