Ruimtedialoog 2024 sessies

Symposium
28 november 2024

Eerste ronde

  1. Klein wonen inpassen in de beperkte ruimte – kleine woningen en de wooncarrière van bewoners, Jolien Groot (PBL). Kleine, flexibele woningen worden door beleidsmakers gezien als (deel)oplossing voor het woningtekort. Alleen: mensen willen liever niet klein wonen en de gevonden locaties zijn vaak suboptimaal. In hoeverre kan flexwonen een oplossing zijn voor de problemen op de woningmarkt?  
  2. Groen in de stad – hoe beïnvloeden de groene en gebouwde ruimte elkaar, Frans Schilder en Lynn Bouwknegt (PBL) ism de gemeente Alkmaar. Groen in de stad is waardevol, niet alleen voor mens en dier, maar ook voor de portemonnee. Eerder rapporteerden we een prijspremie van woningen nabij bomen; in nieuw onderzoek duiken we dieper in de (financiële) relatie tussen de gebouwde en groene ruimte.  
  3. Duurzame verdichting bij internationale verstedelijking: concurrende ruimteclaims om mondiale duurzaamheidsdoelen te halen, Frank van Rijn en Jonathan Doelman (PBL). Aan de hand van historische veranderingen van het landgebruik in de stad en het omliggende land geven de onderzoekers een schets van de snel veranderende stedelijke omgeving. Daarnaast bespreken ze de uitdagingen om met die veranderingen de mondiale duurzaamheidsdoelen te halen. 
  4. Nationale Ruimtelijke Ordening: de ontwikkeling van ruimtelijke samenhang, Marko Hekkert en Rienk Kuiper (PBL) en Edo Kort (Ministerie VRO). PBL monitort en evalueert de plannen en resultaten van de Nationale Omgevingsvisie en de ruimtelijke voorstellen van de provincies. Deze sessie gaat over hoe de resultaten van de Monitor NOVI kunnen bijdragen aan de nieuwe Nota Ruimte. 
  5. Rechtvaardigheid in de ruimte: de ontwikkeling van zon en wind op land, Petra van der Kooij (PBL) ism Kristel Lammers (directeur van NPRES) en Sander ten Caat (Universiteit Leiden). Iedereen wil een rechtvaardige energietransitie, maar de meningen over wat dat dan is lopen uiteen. Er zijn burgers die protesteren tegen de komst van windmolens, anderen slaan de handen ineen om in hun omgeving zelf een windpark te realiseren, alles vanuit de naam van rechtvaardigheid. In deze sessie bespreken we hoe het gesprek over rechtvaardigheid vorm krijgt bij de ontwikkeling van hernieuwbare energie op land.  
  6. Hoe verdeelt België de ruimte, met Ann Pisman (Vlaams Planbureau voor Omgeving), de provincie Vlaams Brabant en de gemeente Brugge. Over de implementatie en doorwerking van het ruimtelijk beleid in Vlaanderen vanuit de niveaus Vlaanderen, provincie en gemeenten en vanuit de praktijk vanuit deze drie schaalniveaus. 
  7. Waardegebaseerde scenario’s voor duurzaam wonen en warmtetransitie op wijkniveau, Steven van Polen (PBL). De doelstelling om in 2050 klimaatneutraal te zijn, betekent een grote verandering voor de manier waarop we wonen. Dat heeft technische uitdagingen maar ook een sociale, die het PBL vertaalt naar beelden hoe duurzaam wonen er in de toekomst uit zou kunnen zien. Een preview van dit nog lopende onderzoek en een gesprek over het belang van waarde-gebaseerde scenario’s.  

Tweede ronde

  1. Ruimtelijke kwaliteit, het Drieruimtenmodel en ontwerpend onderzoek, Joost Tennekes en Like Bijlsma (PBL) ism met Jessica Hammarlund Bergmann (stadsbouwmeester van Enschede). De meeste ruimtelijke aanpassingen aan de de leefomgeving zijn ook een publieke ontwerpopgave. Welke perspectieven op ruimtelijke kwaliteit zijn daarbij noodzakelijk? Het Drieruimtenmodel helpt beleidsmakers en ontwerpers op weg. Een handvat om het model in de praktijk toe te passen.  
  2. Ander gebruik van de ruimte – de impact van veranderende bereikbaarheid, Jeroen Bastiaanssen (PBL). Hij onderzocht de effecten van afnemende bereikbaarheid voor mensen die niet over een auto beschikken en bracht deze voor verschillende voorzieningen en doelgroepen in kaart.  
  3. Ruimte voor klimaatadaptatie in Nederland, Frank van Gaalen (PBL) ism het ministerie van I&M. Nederland ondervindt steeds meer de gevolgen van klimaatverandering, met impact op waterbeschikbaarheid, waterveiligheid en gezondheid. Wat betekent het aanpassen aan klimaatverandering voor het ruimtegebruik en de ruimtelijke keuzes die we als Nederland maken? 
  4. Ruimte voor de transitie van het landelijk gebied, Hiddo Huitzing (PBL). In het landelijk gebied is het de uitdaging is om de opgaven voor natuur (stikstof), water en klimaat, verdienmodellen voor de landbouw, recreatie en leefbaarheid te verbinden om te komen tot een toekomstbestendig landelijk gebied. In deze sessie blikken we terug op de lessen uit jaar jaar Natuurpact, het interbestuurlijk programma Vitaal Platteland en op het NPLG: een ruimtelijk programma onder de omgevingswet. En kijken we vooruit naar een vitaal platteland waar een toekomstgericht voedselsysteem, een sterke landbouw en een robuuste natuur hand in hand gaan. 
  5. Ruimtelijke kwaliteit van Post’65-wijken, ervaren door bewoners, Judith Hin (PBL) ism Jeroen van der Velden (New Towns-onderzoeker bij Platform 31) en Roy Kramer (BZK, Programmaleider NPLV). De wijken die tussen 1965 en 1985 zijn gebouwd zijn toe aan renovatie en herinrichting. PBL onderzoekt voor welke groepen de huidige wijken prima functioneren, voor welke niet en waarom dan. Welk beleid levert de meest effectieve herstructurering op? Een sessie over zowel ruimtelijk ontwerp als samenstelling van de wijk, voorzieningen en betrokkenheid van bewoners.   
  6. Het belang van regionaal beleid voor het Nederlands verdienvermogen, Mark Thissen (PBL) en het ministerie van EZ. Regionale investeringen in bereikbaarheid, woningen, voorzieningen en talentontwikkeling zijn van belang voor de concurrentiepositie van bedrijven, en daarmee het verdienvermogen van Nederland. Een bekend voorbeeld is het Beethovenproject. Welk beleid voor welke regio relevant is, licht Mark Thissen toe – op basis van 15 jaar PBL-onderzoek – het ministerie reflecteert op het nieuwe stimuleringsbeleid. 
  7. Waarom de wijk? De toepassing van de wijkaanpak in de warmtetransitie, Samantha Scholte (PBL) ism Anneloes van Noordt (Vlaamse overheid). In 2050 moeten alle woningen in Nederland aardgasvrij zijn. Wijk voor wijk wordt Nederland aangepakt. Door deze aanpak vanuit verschillende invalshoeken te belichten hopen we begrip te kweken voor elkaars perspectief. We gaan samen op zoek naar de manier waarop de wijkaanpak de energietransitie kan vervlechten met andere (ruimtelijke) opgaven in de wijk.  
  8. Ruimtelijke mogelijkheden voor ‘straatje erbij’, Arjan Harbers en Anja Boekenoogen (PBL). Een straatje erbij, bij elke plaats in Nederland. Het is een veelgehoorde oplossing voor de huidige woningnood. Want aan bestaande bebouwing vastbouwen is relatief simpel: je hebt geen uitgebreide infrastructuur of lange riolering nodig, net als andere voorzieningen, van elektriciteit en internet tot scholen en supermarkten. Maar hoeveel levert het op?