Nederland versteent #2 – ook in Europees perspectief?
Nederland is Europees koploper in de mate van verstedelijking. Dat blijkt uit het ESPON SUPER (Sustainable Urbanization and land-use Practices in European Regions) project. Dit internationale onderzoeksproject onder leiding van het PBL, analyseert onder andere de verandering in grondgebruik in Europa. Aandacht voor duurzame verstedelijking groeit in heel Europa, en er komen steeds meer initiatieven om verstedelijking gericht te sturen. Ook aan deze initiatieven wordt aandacht besteed in het SUPER project. Over een jaar leveren de samenwerkende onderzoeksinstituten hun gezamenlijke eindrapport op met onder meer een gids voor beleidsmakers om duurzame verstedelijking te bevorderen.
Uit onze analyse in het kader van ESPON SUPER project van de groei van het versteend oppervlak blijkt dat Nederland de nummer 4 van Europa is, met een toename van ca 15% tussen 2000 en 2018. Met Spanje, Cyprus en Ierland behoort Nederland tot de landen van Europa waar de meeste verstening plaatsvindt. Als we kijken naar deze verstening in relatie tot totale oppervlak is Nederland koploper in de EU: geen ander land heeft in de afgelopen 20 jaar een groter deel van zijn grondgebied verstedelijkt dan ons land: 1,74%. Geen wonder dat de European Environment Agency Nederland in 2016 aanwijst als grootste boosdoener in termen van urban sprawl. Een schok voor alle planologen die Nederland nog altijd zien als het voorbeeld van een land met een strak verstedelijkingsbeleid met compacte steden.
Deze bevinding, namelijk dat Nederland snel wordt volgebouwd, past moeilijk in het beeld van Nederland als gidsland voor de ruimtelijke ordening en compacte steden. Toch sluit het aan bij recente berichtgeving van de NOS dat ‘Nederland versteent: landbouwgrond wijkt voor bouw’. Het bericht kwam naar aanleiding van grondgebruikcijfers van het CBS. Tussen 1995 en 2015 is circa 60.000 hectare aan woonwijken, werkterreinen en infrastructuur bijgekomen.
Dat Nederland snel wordt volgebouwd, past moeilijk in het beeld van Nederland als gidsland voor de ruimtelijke ordening en compacte steden
Desalniettemin is dit allesbehalve nieuw en allesbehalve verrassend. Ruimtelijke ontwikkelingen zijn langdurig en geleidelijk, en worden door het PBL op verschillende manieren onderzocht en beschreven. Er zijn dan ook verschillende kaarten gemaakt van hoe Nederland ‘versteent’ en waarom. Een recent voorbeeld is een studie naar de hoge dynamiek in de stadsrandzone die ook de verstedelijkingsdruk in kaart brengt, inclusief de grondposities van ontwikkelaars. Het is hierbij niet vreemd dat landbouwgrond (lage waarde) wordt omgezet naar stedelijke functies (hoge waarde) als er voldoende vraag naar is. De Nederlandse ruimtelijke ordening staat dat echter niet vanzelfsprekend toe. Een boerderij ombouwen tot een bedrijventerrein of woonwijk gebeurt niet zomaar in ons regeldichte land.
Europese benchmark
Maar wat zegt 60.000 ha verstening? Het helpt om dit te vergelijken met getallen uit andere landen. Voor de periode 2000-2018 zijn de veranderingen in grondgebruik in heel Europa in kaart gebracht op basis van Europese data (zie grafieken). Om voor héél Europa de analyse te doen zijn andere databronnen en methoden gebruikt dan door het CBS, toch is de uitkomst vrijwel identiek: 59.494 hectare is in 18 jaar tijd in Nederland omgezet naar stedelijke functies. Dit is bijvoorbeeld twee keer zoveel als in Griekenland (31.851 hectare), maar minder dan een derde van de verstening in Frankrijk in dezelfde periode (188.781 hectare). In het linker rijtje van bovenstaande figuur staat Nederland dan ook bovenaan.
Als je kijkt naar de toename van de verstening ten opzichte van wat landen al als versteend oppervlak hebben, zakt Nederland, simpelweg omdat ons land relatief al zo sterk versteend is. Daarbij speelt ook mee dat we geen woeste, onbebouwde berggebieden hebben, om maar eens iets te noemen.
Duurzame verstedelijking
Sinds 2000 is ruim 1 miljoen ha in heel Europa verstedelijkt, net zoveel als een derde deel van Nederland. Het is onwaarschijnlijk dat dit ooit weer landbouw of natuur zal worden. Vandaar de roep vanuit de Europese Unie om verdere verstedelijking aan banden te leggen onder het motto: no net land take in 2050. Diverse landen in Europa voeren beleid hiertoe. Zo hanteert Vlaanderen hiervoor een maximum van 3 ha per dag (in de volksmond: betonstop), terwijl Duitsland het doel van 30 ha per dag heeft gesteld.
Het ESPON SUPER project heeft tot nu toe zo’n 200 voorbeelden van instrumenten, beleid en strategieën (interventies genoemd) verzameld om verstedelijking te beheersen, waaronder voor Nederland de Ladder voor Duurzame Verstedelijking en het Ruimte-voor-ruimte beleid. Over het algemeen vallen deze interventies uiteen in enkele typen: grenzen stellen (zoals greenbelts en bufferzones), verdichting en intensivering stimuleren, of compact te bouwen op transportknooppunten.
Momenteel wordt de effectiviteit en duurzaamheid van deze interventies bekeken. In april 2020 ronden we de rapportage af. De voortgang is te volgen op de ESPON website.