Mondiale uitrol succesvolle maatregelen kan helpen bij beperken temperatuurstijging tot ruim onder 2 °C
Een versnelde, mondiale uitrol van succesvolle maatregelen voor het verminderen van broeikasgasuitstoot kan helpen om de mondiale temperatuurstijging te beperken tot ruim onder de 2 °C, zoals afgesproken in het Klimaatakkoord van Parijs. Dat is de belangrijkste uitkomst van het nieuw ontwikkelde Bridge scenario. Mits effectief toegepast, kan dit scenario het mondiale emissiegat tussen de toezeggingen van landen en een scenario om tegen de laagste kosten het doel van ruim onder 2 °C te bereiken, met twee derde verkleinen in 2030. Na 2030 zijn meer alomvattende maatregelen voor klimaatmitigatie nodig om het doel van ruim onder 2 °C binnen bereik te houden. Hoewel in het scenario een groot aantal succesvolle maatregelen is meegenomen, zijn deze samen toch onvoldoende om de wereld op het spoor te houden van een maximale temperatuurstijging van 1,5 °C.
‘Good practice’ klimaatmaatregelen hebben zichzelf bewezen in één of meerdere landen, en hebben geleid tot een significante afname van de broeikasgasuitstoot. Voorbeelden zijn de huidige EU-standaarden voor efficiënt energiegebruik in auto’s en de Braziliaanse wetgeving voor bosbouw die leidde tot minder ontbossing rond 2012, iets waarvan het belang opnieuw onderstreept wordt in de Leaders’ Declaration on Forests and Land Use op de COP26 in Glasgow.
De vraag is wat er zou gebeuren als de impact van zulke maatregelen zou worden opgeschaald naar het mondiale niveau, met aanpassing aan regionale omstandigheden. Met het oog daarop is het Bridge scenario ontwikkeld door een consortium van onderzoekers, onder leiding van het PBL. Het scenario is vandaag gepubliceerd in Nature Communications. Het is gebaseerd op nationaal georiënteerde, korte-termijn maatregelen. Het scenario is ontwikkeld na intensieve uitwisseling met landenexperts. De ‘good practices’ worden tussen nu en 2030 opgeschaald naar het mondiale niveau en gecombineerd met invoering van een CO2-prijs in de periode daarna.
Bridge scenario ontwikkeld vanwege resterend emissiegat na de NDC’s
Van landen die het Klimaatakkoord van Parijs hebben ondertekend, werd verwacht om geüpdatete NDC’s in te dienen en hun lange-termijn strategieën bekend te maken bij het UNFCCC in 2020. Vanwege de COVID-19 pandemie is dit proces vertraagd. De gezamenlijke impact van de NDC’s op het terugdringen van de uitstoot is onvoldoende. Daar komt bij dat de mondiale uitstoot in 2030 die nog plaatsvindt onder nationaal uitgevoerd beleid, zelfs het niveau overstijgt dat voorzien werd onder de huidige NDC’s. Het verhogen van klimaatambitie en het versterken van klimaatactie blijven daarom nodig om de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs binnen bereik te houden. Omdat het emissiegat moeilijk te dichten lijkt, is een scenario ontwikkeld dat voorziet in een route die gebaseerd is op voorbeelden van succesvolle klimaatmaatregelen.
Versnelde uitrol van succesvolle maatregelen politiek haalbaarder en op lange termijn goedkoper
Scenario’s zijn bedoeld om richting te geven aan het proces van beleidsvorming, door te focussen op concrete maatregelen die uitgevoerd kunnen worden om het emissiegat te dichten. Om de mogelijke impact van het Bridge scenario goed te kunnen bespreken, is het vergeleken met vier andere scenario’s die focussen op de impact van, achtereenvolgens:
- Huidig beleid;
- De NDC’s, inclusief de meer ambitieuze doelen die voor realisatie afhankelijk zijn van externe steun;
- Directe kostenoptimale actie gericht op ruim onder 2 °C; en
- Uitgestelde kostenoptimale actie gericht op ruim onder 2 °C.
Een belangrijke uitkomst van het Bridge scenario is dat korte-termijn implementatie van praktische, regulerende maatregelen wenselijker is dan uitgestelde klimaatactie. De analyse laat ook zien dat snelle actie door middel van ‘good practices’ uiteindelijk minder kostbaar is dan vertraging in mondiale klimaatsamenwerking. Een mondiale uitrol en succesvolle uitvoering van ‘good practices’ kan de wereld op een spoor zetten waarbij het ruim onder 2 °C-doel haalbaar blijft, zonder grote aanvullende inspanningen. Deze benadering zal op de korte termijn waarschijnlijk ook politiek haalbaarder zijn dan een benadering die volledig focust op de grootste afname van de uitstoot tegen de laagste kosten.
Andere voorbeelden van ‘good practices’
Een ‘good practice’ die meegenomen is in het Bridge scenario is ook de sterke toename van de verkoop van elektrische voertuigen en andere voertuigen met een lage koolstofuitstoot, gebaseerd op de ervaring in Noorwegen. Een ander voorbeeld is het verbod op nieuwe kolencentrales zonder bijbehorende afvang en opslag van CO2, per 2025 voor hoge-inkomenslanden en per 2030 voor lage- en middeninkomenslanden. Gebaseerd op voorbeelden uit Duitsland en Denemarken is de anaerobe vergisting van dierlijke mest om de methaanuitstoot te verminderen één van de maatregelen die in het scenario is meegenomen voor de landbouwsector. Hoewel het Bridge scenario onderscheid maakt voor de timing en stringentheid van maatregelen per inkomensgroep, zullen de maatregelen hoe dan ook aangepast moeten worden aan de nationale context.
Door middel van deze en andere maatregelen in alle sectoren van de economie, leidt het Bridge scenario tot een toename van hernieuwbare energieaanbod (tot 52-88% van het mondiale elektriciteitsaanbod in 2050), elektrificatie van eindgebruik, efficiencyverbeteringen aan de vraagkant en toegenomen (her)bebossing.