Winkelleegstand stijgt tot boven de 10%
Sinds 2008 is de winkelleegstand onafgebroken toegenomen. In 2016 werd de grens van 10% leegstand gepasseerd. Dit komt door het grote aantal faillissementen en een geringe reductie van de winkelvoorraad.
Inkrimping detailhandel zorgt voor toename leegstand
Voor het eerst sinds ligt het leegstandspercentage van winkels boven 10%. Dit is een toename ten opzichte van vorig jaar met 1 procentpunt. Veel winkelmeters zijn recent leeg komen te staan onder andere door faillissementen van ketens zoals V&D, Miss Etam, Schoenenreus en House of Shoes. Recent - maar nog niet in deze cijfers te zien - kwamen daar nog MS Mode, Mitra en McGregor bij.
Ondanks de oplopende winkelleegstand is het totale winkelvloeroppervlakte de afgelopen jaren steeds nog gestegen. In 2015 is deze trend voor het eerst gebroken: de totale hoeveelheid m2 winkeloppervlakte is gedaald, doordat er meer m2 zijn onttrokken aan de voorraad dan dat er nieuw zijn toegevoegd. Veel voormalige winkelpanden hebben nieuwe functies gekregen, zoals woningen of kinderopvang.
Er zijn wel behoorlijk grote verschillen in leegstand binnen Nederland. Met name in de krimpregio’s in Friesland, Groningen, Limburg, Drenthe, Overijssel en Zeeland zien we bovengemiddelde leegstandspercentages. Ook de Haagse regio valt op met een regionaal gemiddelde van bijna 13%.
Kwart winkelleegstand is structureel
Ongeveer een kwart van de leegstaande winkelmeters staat structureel leeg, dat wil zeggen meer dan 3 jaar. Door die leegstandsduur is het minder waarschijnlijk dat er zich nog een winkel zal vestigen.
Is winkelleegstand erg?
Leegstand is in de eerste plaats een probleem van de eigenaar. Eén enkele leegstaande winkel, die keurig wordt onderhouden hoeft geen (groot) maatschappelijk probleem te zijn. Leegstand is pas problematisch wanneer het een meer structureel karakter krijgt én er een negatieve uitstraling op de omgeving vanuit gaat. Bijvoorbeeld meerdere lege winkelpanden in een winkelstraat. Deze leiden in de regel uiteindelijk tot minder passanten. Hierdoor bestaat het risico dat winkels die nog wel open zijn, minder aantrekkelijk worden.
Hoe kunnen we leegstand verminderen?
Sloop of transformatie van leegstaand en verouderd winkelvastgoed kan ervoor zorgen dat het aantal vierkante meters minder wordt. Voor een reductie van de voorraad zal ook de nieuwbouw moeten worden beperkt. Gemeenten zijn hier vaak minder toe geneigd omdat ze een financieel belang hebben bij nieuwbouw en omdat ze concurreren met buurgemeenten. Provincies kunnen dit doorbreken. Provinciale ruimtelijke verordeningen of provinciale bestemmingsplannen kunnen een belangrijke rol spelen in het beperken van gemeentelijke winkelplannen.