Kwaliteitsborging

Het PBL onderneemt een aantal activiteiten om de wetenschappelijke kwaliteit van zijn werk te borgen, zowel binnen afzonderlijke projecten als breed voor het hele planbureauwerk. Naast wetenschappelijke kwaliteit zijn beleidsrelevantie en maatschappelijke legitimiteit belangrijke toetsstenen.

Strategische kennisontwikkeling

Om beleidsstudies uit te kunnen voeren die wetenschappelijk goed geborgd zijn, besteedt het PBL een substantieel deel van zijn budget aan strategische kennisontwikkeling. Doel hiervan is om kennis te vergaren en methoden te ontwikkelen die op langere termijn het PBL-werk wetenschappelijk verantwoord en maatschappelijk relevant houden. Het grootste deel van de strategische kennisontwikkeling vindt plaats binnen de strategische meerjarenprogramma’s.

Voorbeelden van onderwerpen van strategische kennisontwikkeling zijn: institutionele benaderingen binnen het PBL-onderzoek; methode-ontwikkeling op gebied van multi-level governance; ruimtelijke modellering (bevolking, wonen, werken, mobiliteit); fiscale vergroening; modellering op de terreinen energie, land, biodiversiteit en economie (samengebracht in het integrated assessment model IMAGE, met alle modellen daaromheen); relaties tussen ecosysteemdegradatie, landschaprestauratie, voedsel- en waterzekerheid, klimaat en economische ontwikkeling; methoden van bepaling van overstromingsrisico en kosten/batenanlyse van klimaatadaptatie in ontwikkelingslanden; analyse van mondiale governance; en open assessment methodologie, mede gericht op vergroting van transparantie van PBL-onderzoek.

Begeleidingscollege

Het Begeleidingscollege PBL heeft een belangrijke toezichthoudende en adviserende taak. Het bewaakt de wetenschappelijke kwaliteit van het werk van het planbureau, evenals de beleidsrelevantie en maatschappelijke legitimiteit hiervan. In het bijzonder adviseert het Begeleidingscollege over het werkprogramma van het PBL en het werkprogramma van de Chief Scientist. De leden zijn werkzaam in de wetenschap (hoogleraren van diverse universiteiten), in het bedrijfsleven of bij maatschappelijke organisaties en andere overheden. Het Begeleidingscollege komt gemiddeld 3 keer per jaar bijeen.

Chief Scientist

Het PBL heeft een deeltijd Chief Scientist (CS) in dienst, die tevens hoogleraar is aan een Nederlandse universiteit. Doel van deze functie is om zo 'optimale betrokkenheid met voldoende distantie' te realiseren, gegeven de taak van de CS om de kwaliteitsborging van het wetenschappelijke onderzoek te helpen organiseren. Daarnaast speelt de CS een inspirerende rol bij het uitdragen van nut, noodzaak en plezier van kwaliteitsbewust werken. Zie voor alle taken van de CS het werkprogramma van de Chief Scientist.

De huidige CS is prof. dr. Bas Arts, die naast zijn werk bij het PBL een leerstoel op de Wageningen Universiteit bezet. De CS legt verantwoording af aan de directie en aan het Begeleidingscollege van het PBL.

Internationale visitatie

In mei 2022 is het PBL voor de derde keer onderwerp geweest van een externe visitatie. De visitatiecommissie was gevraagd het PBL op drie punten te beoordelen: wetenschappelijke kwaliteit, relevantie en toekomstbestendigheid. Het rapport van de visitatiecommissie is eind oktober 2022 gepubliceerd, samen met een reactie van het PBL.

De Visitatiecommissie geeft aan dat het PBL een hoge kwaliteit levert. Ook noemt ze dat de bij het PBL aanwezige kennis van de leefomgeving bij departementen en maatschappelijke organisaties zeer wordt gewaardeerd. En als het gaat om de beleidsmatige en maatschappelijke relevantie dan is duidelijk dat het PBL significant waarde toevoegt aan het politieke en maatschappelijke debat. Tegelijkertijd heeft de commissie een aantal aanbevelingen geformuleerd om te komen tot verdere verbeteringen en om de hoge kwaliteit ook in de toekomst te kunnen handhaven.

Seminars

Interne seminars waarin PBL-onderzoekers elkaar kritisch bevragen over het lopende werk, vormen een belangrijk element in het kwaliteitsbeleid. Binnen de PBL-organisatie werken onderzoekers uit een groot aantal verschillende disciplines samen, waaronder planologen, demografen, geografen, economen, milieuwetenschappers, technologen, biologen, methodologen en bestuurskundigen. Die diversiteit van perspectieven creëert de mogelijkheid de interne ‘peer review’ ook op verborgen aannames in onderzoeksplannen te richten.

De kritische toetsing van aanpak, voortgang en conclusies in seminars helpt de wetenschappelijke kwaliteit van PBL-producten te borgen. Zeer regelmatig worden ook deskundigen van buiten het PBL gevraagd om deel te nemen aan deze debatten.

Wetenschappelijke toetsing en integriteit

Het PBL werkt  volgens de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit. Deze gedragscode is gebaseerd op de principes eerlijkheid, zorgvuldigheid, transparantie, onafhankelijkheid en verantwoordelijkheid, alsmede op aantal normen voor de onderzoekspraktijk. Daarbij hanteren wij een Klachtenregeling Wetenschappelijke Integriteit (KWI, pdf) en zijn wij aangesloten bij het Landelijk Orgaan Wetenschappelijke Integriteit (LOWI).

Bij grote onderzoeken of onderzoeken van groot belang wordt een wetenschappelijke klankbordgroep ingesteld die moet toetsen of met geschikte, dan wel de best beschikbare onderzoeksmethoden wordt gewerkt, en of analyses op de juiste wijze worden uitgevoerd. Daarnaast vraagt het PBL regelmatig hoogleraren en/of andere externe deskundigen om een oordeel over een concept-rapport te geven.

Om de wetenschappelijke kwaliteit van de rapportages en studies van het PBL te borgen, krijgen databeheer, informatiemanagement, beheer en ontwikkeling van modellen en de kennisinfrastructuur van het PBL continu aandacht. Daarbij gaat het enerzijds om het informatiemanagement, ICT-beheer en -advisering, beheer van (geo)data, redactieondersteuning en advisering over methoden en technieken. Anderzijds gaat het voor elk van de inhoudelijke thema's om het beheer, aanpassing en eventuele innovatie van modellen en methoden, om de wetenschappelijke kwaliteitsborging van data en modelinstrumentarium in een uitgebreid extern kennisnetwerk en om de implementatie van PBL-normenkaders voor data, methoden en modellen.

Up-to-standards houden van kennis en vaardigheden

Kennis van onderzoekers vormt het belangrijkste kapitaal van het PBL. Daarom investeert het PBL in het onderhouden en vergroten van hun kennis en vaardigheden. Kennisontwikkeling gebeurt zowel door formele opleidingen als door training on the job. Verder heeft het PBL een Academie die lezingen en cursussen organiseert.

PBL handreikingen voor beleidsonderzoekers

Het PBL maakt gebruik van analysemethoden en modellen om valide, betrouwbare en integrale uitspraken over leefomgevingsbeleid te kunnen doen. Om deze methoden en modellen op een wetenschappelijk correcte manier toe te kunnen passen heeft het PBL handreikingen opgesteld, waaronder normenkaders en leidraden. Deze handreikingen (door het PBL zelf of in samenwerking met partnerinstituten ontwikkeld) zijn bedoeld voor medewerkers van het PBL, andere planbureaus en onderzoeksinstellingen, maar kunnen ook waardevol zijn voor mensen die de achtergronden van deze methoden en modellen willen begrijpen.