Waarom een lerende evaluatie van het klimaatbeleid?

De maatschappelijke opgave om klimaatneutraliteit in 2050 te bewerkstelligen vraagt om een grootschalige en radicale transformatie die meerdere transities omvat. Het Nederlandse klimaatbeleid moet die transities mogelijk maken.

Een transformatie omvat een veranderproces dat anders denken, doen en organiseren teweeg brengt. Om de ontwikkeling van dit proces te ondersteunen zijn experimenteren, leren en reflecteren onmisbaar. In het klimaatbeleid vraagt dit om voortdurend met de opgave voor ogen op het eigen handelen te reflecteren om ervan te leren. Een lerende evaluatie kan hierin ondersteunen. Lerend evalueren wordt ingezet bij het evalueren van systeem- en transitiebeleid, om een beter begrip te ontwikkelen van de werking  van het samenspel van governance-structuren, beleidsactoren en beleidsinterventies. Een lerende evaluatie evalueert hoe het beleid werkt, welke dilemma’s opspelen en welke handelingsperpectieven er zijn voor de omgang daarmee.

Verzoek

Het PBL is door EZK, BZK, LNV en IenW gevraagd om een evaluatie van het klimaatbeleid uit te voeren met de focus op 2050 en samenhang tussen sectoren en actoren in het klimaatbeleid als uitgangspunt. De lerende evaluatie vormt input voor herziening van het Klimaatplan in 2024.