Bijdrage van herstelmaatregelen aan verbeteren biodiversiteit in het Natuurnetwerk

Achtergrondrapport bij de 'Lerende evaluatie van het Natuurpact 2020'

Herstelmaatregelen die provincies financieren om de biodiversiteit in het Natuurnetwerk te verbeteren, leiden tot nu toe tot een significant positief effect bij natte ecosystemen. Bij droge ecosystemen is er minder resultaat, waarschijnlijk omdat het effect van de maatregelen nog te kleinschalig en te verspreid is. Uitbreiding (grotere oppervlaktes) en concentratie (hogere dichtheden) van herstelmaatregelen zijn gewenst om aan de afspraken in het Natuurpact te kunnen voldoen.

Herstelmaatregelen Natuurnetwerk werken vooral bij natte ecosystemen

De herstelmaatregelen die provincies in het Natuurnetwerk binnen landnatuur hebben laten treffen werken goed voor de natte ecosystemen. Bij herstelmaatregelen gaat het veelal om de inrichting van (landbouw)gronden tot realisatie van nieuwe natuur, gericht op de uitbreiding van het Natuurnetwerk. Daarnaast gaat het om PAS-maatregelen (voormalige Programma Aanpak Stikstof) en Kaderrichtlijn Water-maatregelen, gericht op de kwaliteitsverbetering van bestaande natuur. Het waargenomen effect is vooral het resultaat van maatregelen die voor 2011 zijn uitgevoerd. Effecten van maatregelen na 2011 zijn waarschijnlijk nog niet zichtbaar omdat het namelijk enkele tot vele jaren duurt voordat de natuur reageert op veranderingen door zulke ingrepen (time lag effect).

In natte ecosystemen zoals natte heide, voedselrijk moeras en vochtig natuurlijk bos is de trend (verschil tussen de periode 2010-2017 en 2002-2009) van het aantal kwalificerende soorten vaatplanten, dagvlinders en broedvogels significant positiever dan op vergelijkbare plekken waar geen herstelmaatregelen zijn getroffen. Dit positieve effect lijkt vooral toe te schrijven aan vernattingsmaatregelen zoals het dempen van watergangen, het aanleggen van bufferzones of het kappen van bossen. Dit komt doordat deze maatregelen op grote schaal tegelijkertijd meerdere problemen aanpakken. Ze lossen niet alleen problemen met verdroging op, maar bestrijden ze ook de negatieve gevolgen van een overbelasting met stikstof zoals vermesting en verzuring. Voor alle droge ecosystemen als droge bossen, droge natuurlijke graslanden en droge duinen is er in het Natuurnetwerk nog geen sprake van een significant positief effect van de getroffen herstelmaatregelen van voor 2011 voor de bekeken soortgroepen. Bij de droge ecosystemen is het effect van herstelmaatregelen van voor 2011 klaarblijkelijk te klein en te verspreid.

Inzet herstelmaatregelen door provincies leidt nog niet tot gewenst natuurherstel

Hoewel voor een aantal ecosystemen geldt dat plekken waar herstelmaatregelen zijn getroffen een positievere trend van het aantal soorten hebben dan op vergelijkbare plekken zonder herstelmaatregelen, leidt de inzet van herstelmaatregelen door provincies nog niet tot het gewenste natuurherstel in het Natuurnetwerk. Er treedt nog geen verbetering op van alle ecosystemen en alle soortgroepen.Het uitblijven van natuurherstel is niet alleen te wijten aan bijvoorbeeld het beperkte aantal, kleine schaal of time lag van de maatregelen. Er zijn veel andere factoren die niet of onvoldoende door de maatregelen worden beïnvloed en ervoor zorgen dat herstel niet optreedt. Hierbij speelt vooral overbelasting met stikstof van met name de droge ecosystemen een zeer belangrijke rol. Echter, ook andere oorzaken zoals versnipperde leefgebieden van soorten, gebrek aan geschikt leefgebied, verdroging en klimaatverandering kunnen een verklaring zijn.

Op termijn meer herstel verwacht

Door de hogere inzet van herstelmaatregelen sinds 2011 valt in de komende jaren meer natuurherstel te verwachten. Omdat de type maatregelen vergelijkbaar zijn met de periode voor 2011 is het aannemelijk dat deze maatregelen in natte ecosystemen zullen bijdragen aan verder natuurherstel. Bovendien geldt dat de provincies sinds 2011 vooral herstelmaatregelen financieren ten behoeve van de Natura 2000-gebieden waar veel kwalificerende soorten, soorten en habitats van de Vogel- en Habitatrichtlijnen (VHR) voorkomen.

Meer natuurherstel mogelijk

Op korte termijn (5 tot 10 jaar) kunnen provincies meer natuur herstellen door meer in te zetten op (tijdelijke) herstelmaatregelen en voldoende regulier natuurbeheer. Uitbreiding (grotere oppervlaktes) en concentratie (hogere dichtheden) van de herstelmaatregelen in natte én droge ecosystemen zijn nodig voor meer natuurherstel. Bovendien liggen er op de korte termijn kansen in de gebieden buiten het Natura 2000-deel van het Natuurnetwerk. Daar bevindt zich immers ook natuur (met VHR-soorten en -habitats) die er niet goed voorstaat en waar herstel nodig is. Voor duurzaam herstel van biodiversiteit is veelal ook een grootschalige aanpak nodig gericht op systeemherstel waarin gekeken wordt naar de onderliggende oorzaken van de achteruitgang van biodiversiteit en die deze oorzaken probeert aan te pakken. Dit zal vragen om een gebiedsaanpak op een hoger schaalniveau dat niet wordt begrensd door grenzen van Natura 2000-gebieden of het Natuurnetwerk.

Het Rijk en de provincies hebben in het Natuurpact afspraken gemaakt over de ambities en financiering van het Nederlandse natuurbeleid tot en met 2027. Ze zijn daarbij overeengekomen de biodiversiteit te verbeteren, de maatschappelijke betrokkenheid bij de natuur te versterken en de relatie tussen natuur en economie te verstevigen. Dit rapport is een achtergrondstudie die hoort bij de tweede rapportage van de lerende evaluatie van het Natuurpact.

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft dit onderzoek samen met Wageningen University & Research (WUR) uitgevoerd. Biometris, CBS, BIJ12 en de soorten organisaties SOVON, FLORON en De Vlinderstichting hebben een bijdrage geleverd aan de studie.

Auteurs

PBL Auteurs
Dirk-Jan van der Hoek Paul Giesen
Overige auteurs
Bart de Knegt, WUR

Kenmerken

Publicatietitel
Bijdrage van herstelmaatregelen aan verbeteren biodiversiteit in het Natuurnetwerk
Publicatiesubtitel
Achtergrondrapport bij de 'Lerende evaluatie van het Natuurpact'
Publicatiedatum
24 juni 2020
Publicatie type
Rapport
Aantal pagina's
132
Publicatietaal
Nederlands
Productnummer
4204