Beleid maken voor (flex)wonen
Sinds 2019 stimuleert de Rijksoverheid gemeenten actief om flexwoonprojecten te realiseren als middel om het woningtekort snel aan te pakken. Veel gemeenten zijn hiermee aan de slag gegaan, elk vanuit eigen afwegingen en in hun eigen unieke omstandigheden. Dit rapport biedt een reflectie op het flexwoonbeleid (en de uitwerkingen daarvan) en legt de focus op de publieke belangen en langetermijnvisie die in het huidige flexwoonbeleid soms nog onvoldoende tot uiting komen. Het rapport is gebaseerd op onder meer Kamerbrieven en visiedocumenten van de Rijksoverheid, en woonvisies, omgevingsplannen en prestatieafspraken van de twintig gemeenten met de meeste flexwoningen.
Onderbouwing van flexwoonbeleid is vaak diffuus
Uit deze analyse blijkt dat het besluit om voor flexwonen te kiezen, in plaats van voor permanente woningen, vaak niet helder en stevig wordt onderbouwd. Dit roept vragen op over de effectiviteit van het beleid en over de balans tussen snelheid en structurele oplossingen. Gemeenten en het Rijk richten zich vaak vooral op het behalen van kwantitatieve doelstellingen; het aantal woningen dat ze met flexwonen snel kunnen realiseren. Dit is begrijpelijk gezien de acute woningnood, maar deze focus op aantallen kan ten koste gaan van andere publieke belangen, zoals de leefbaarheid, gezondheid en veiligheid van de woonomgeving.
De verwachte groei van kleinere huishoudens en de bredere duurzaamheidsdoelen van de overheid onderstrepen de noodzaak van een langetermijnvisie. Flexwoningen worden vaak voor kwetsbare groepen gebouwd, zoals statushouders, studenten en spoedzoekers. Doordat flexwonen doorgaans tijdelijk is, moet ook worden nagedacht over de woonbehoefte van deze doelgroepen na afloop van de flexperiode. In de praktijk gebeurt dit echter niet altijd.
Publieke belangen en een langetermijnvisie voor flexwonen
Het PBL adviseert beleidsmakers om de beleidstheorie achter flexwonen beter uit te werken en af te stemmen op de langetermijnbehoeften van gemeenten en bewoners. Een duidelijke afweging is nodig, waarin de vraag centraal staat waarom er voor flexwonen wordt gekozen in plaats van voor andere bouwvormen. Flexwonen biedt ongetwijfeld voordelen, zoals het snel beschikbaar maken van betaalbare woningen, maar het vraagt tegelijkertijd om zorgvuldig beleid om negatieve effecten op de langere termijn te voorkomen.
Een strategische afweging is noodzakelijk, zowel op nationaal als lokaal niveau. Beleidsmakers moeten overwegen of flexwoningen voor hun situatie de juiste oplossing zijn, en welke andere opties mogelijk beter aansluiten bij de behoeften van bewoners en de langetermijnontwikkelingen van de stad of regio. Op die manier kan flexwonen een verantwoorde aanvulling op de reguliere woningbouw die publieke belangen zoals leefbaarheid en veiligheid respecteert. Zolang de vraag “Waarom flex?” niet systematisch wordt gesteld en beantwoord, blijft onduidelijk of flexwonen werkelijk een waardevolle bijdrage levert aan het oplossen van het woningtekort en aan de toekomstbestendige ontwikkeling van onze leefomgeving.
Auteurs
Kenmerken
- Publicatietitel
- Beleid maken voor (flex)wonen
- Publicatiedatum
- 29 oktober 2024
- Publicatie type
- Rapport
- Aantal pagina's
- 33
- Publicatietaal
- Nederlands
- Productnummer
- 5295